Mijn goede voornemen was om van iedere vakantiedag een plog te maken: een compleet verslag van opstaan tot naar bed gaan. En dat zou ik dan iedere dag doen, want we hadden toch wifi dus dat kon prima. Het ging meteen de ochtend van vertrek al mis, want ik ben heel slecht in op vakantie gaan, vooral in het inpak- en vertrekgedeelte, want ik vergeet altijd allerlei essentiële zaken. Dat viel dit keer mee, maar ik vergat dus wel foto’s te maken. Verder bleek de wifi niet zo best als beloofd, dus van foto’s uploaden kwam ook niks. Maar dat wist ik nog niet toen we vertrokken.
Probleem twee qua foto’s maken is, dat ik altijd rijd en dat fotografeert lastig. Tom kreeg de opdracht foto’s te maken onderweg. Die taak nam hij zeer serieus, ik maakte een selectie.
Goed, van het vertrek heb ik dus geen foto’s, wel van onderweg. Bij Amersfoort belandden we al in de eerste file.
Toch had ik er nog best zin in, kijk maar:
Het weer was op zijn minst wisselvallig te noemen en dit is een van de foto’s die Tom nam van een regenbui:
Ik weet niet meer of dit al in Duitsland of nog in Nederland was, dus de chronologie is wellicht discutabel. In Nederland stopten we namelijk al een keer voor een laatste Winner Taco. En daar heb ik deze foto van:
Ergens in Duitsland stopten we ook, dat was werkelijk wunderbar Hundebar:
We maakten ook een klein wandelingetje om de benen te strekken en dat was best mooi als je de goede kant op keek:
Als je de verkeerde kant op keek, zag je dit:
Enfin, we gingen verder en Tom moest van mij deze Zweedse auto op de foto zetten:
Na heel veel regen en heel veel file arriveerden we in het hotel.
Wat doet al die zooi meteen al op het bed? Even los van mijn benen, die mochten uitrusten.
Tom deed ondertussen buiten wat inspectiewerk en wist mij ervan te overtuigen dat ik ook mee moest. Het was namelijk allemaal al net Denemarken. Zelfs de teksten waren in het Deens!
Koning Christian de zoveelste IV had hier namelijk ooit een watermolen en een bijbehorend dorpje gesticht, toen het hier nog Deens was. En het leek erop dat de bevolking zelf ook niet zo goed wist of ze nu Deens of Duits waren. Dat maakte dat ik last kreeg van een taalcrisis: moest ik de mensen in het Duits of in het Engels aanspreken? Vervolgens durfde ik in de supermarkt niks meer te zeggen. Ik ben nogal faalangstig op taalgebied (en op vrij veel andere gebieden).
Kijk, een Kupfermühle/Kobbermølle – dat is toch niet te doen?!
Tom had eigenlijk wel naar binnen gewild, maar daar was het veel te laat voor.
Best een cool ding.
We gingen naar de Calle, de supermarkt waar ik het hierboven over had. Hier hadden ze voornamelijk heel veel bier en spirituosa en er was geen Duitser te bekennen. Het personeel was ook allemaal Deens, wat een gedoe.
Na de Calle in ons sub-dorpje, liepen we naar het hoofddorp, Wassersleben. We gingen kijken of we ergens iets konden eten. Onderweg zagen we deze mooie beelden:
En we kwamen nóg een supermarkt met heel veel bier tegen. Tom ging op zoek naar plaatselijke brouwsels, want dat was zijn missie deze vakantie en ik vond het vooral heel grappig dat ze ook La Trappe hadden:
Ik vind het altijd heel leuk om dingen van thuis tegen te komen op vakantie. Behalve als het mensen zijn, die mijd ik liever.
We trokken verder en we liepen langs de Flensburger Förde. Tom nam daar een foto van:
Ik ook:
Uiteindelijk vonden we een Griek in het dorp. Dit vergrootte mijn taalcrash enorm, want het personeel aldaar sprak gebrekkig Duits met een Grieks accent en de klandizie was overwegend Deens. Argh!
Gelukkig, ouzo… Dat ken ik…
Tom bekeek zijn foto’s terwijl ik een foto maakte van de tekst op zijn glas. Wij zijn echt supergezellig in een restaurant.
Ik fotografeerde ook deze fles, ik geloof omdat ‘ie van Athos kwam en ik daar een interessante verhandeling over hield tegen Tom.
Deze servetjes hebben ze dus ook in het Duits:
Ik moet hierbij altijd heel erg aan Bassie en Adriaan denken.
Het eten was heel lekker en we keerden hotelwaarts. Kijk, zo dicht zaten we dus bij Denemarken:
Hier waren we er bijna:
Jaaa, het hotel!